Rouwen. Het is iets waar we vroeg of laat allemaal mee te maken krijgen, maar waar we in onze samenleving niet altijd de ruimte voor krijgen. Alsof we na een paar weken gewoon weer ‘door moeten’. Maar rouwverwerking laat zich niet opjagen: het is een proces dat tijd en erkenning vraagt. In deze blog vertel ik waarom dat zo belangrijk is.
Waarom rouw geen eindpunt kent
Vroeger dacht men vaak dat rouw een fase was die uiteindelijk eindigde met “verwerken en doorgaan”. Inmiddels weten we beter. Moors (2015) beschrijft rouw als volgt: rouw heeft geen eindpunt. Het verlies wordt een deel van wie we zijn en hoe we naar de wereld kijken. Andriessen (2008) zegt bovendien dat verlies en rouw onlosmakelijk verbonden zijn met liefde en deel uitmaken van onze identiteit.
Keirse (2005) noemt rouwverwerking daarom een vorm van arbeid: rouwarbeid. Het is geen passief wachten tot het beter gaat, maar een actief proces van omgaan met verdriet en verlies. En dat vraagt tijd, ruimte en – vooral – erkenning.

Wat gebeurt er in de eerste dagen van rouwverwerking?
In de eerste uren of dagen na een verlies kunnen mensen zich verdoofd en verward voelen. Soms herinneren ze zich niet eens meer wat anderen tegen hen zeggen. Alles lijkt langs hen heen te gaan. Geleidelijk dringt de realiteit door en kunnen allerlei emoties opspelen, zoals verdriet, schuldgevoel, opluchting, angst en berusting. Vaak wisselen gevoelens elkaar in rap tempo af. En net als je denkt dat het weer gaat, kan een intense golf van verdriet of schuldgevoel opkomen. Sommige mensen voelen zich boos: op God, de dokter, de familie, of zelfs op de overledene. Anderen worden overactief, storten zich op werk en sluiten zich af van de buitenwereld (Van Deth, 2003).
Vier taken van rouwarbeid
Keirse (2005) beschrijft vier rouwtaken die mensen helpen betekenis te geven aan hun verlies:
De werkelijkheid van het verlies onder ogen zien. Soms lijkt het alsof iemand “zo weer thuis kan komen”. Toch helpt het juist om de confrontatie aan te gaan. Het zien van de overledene kan hierbij waardevol zijn.
De pijn van het verlies ervaren. Hoe pijnlijk ook: de emoties mogen er zijn. Rouw gaat niet alleen over verdriet, maar ook over boosheid, angst en schuldgevoel (Bonanno et al., 2008).
Zich aanpassen aan een leven zonder de ander. Nieuwe rollen, nieuwe routines – het leven verandert ingrijpend. Het verlies kan zelfs invloed hebben op iemands identiteit en toekomstbeeld (Bonnato et al., 2008).
Het verlies emotioneel een plek geven en opnieuw leren houden van het leven. Dit betekent niet dat je de overledene vergeet. Integendeel. De band blijft bestaan, maar krijgt een andere vorm (Moors, 2015).

André en Mieke: hoe rouwverwerking er verschillend uit kan zien
André is 69 jaar oud en verloor twee maanden geleden zijn echtgenote na een langdurige ziekte. Gedurende de laatste maanden van haar leven hadden zij veel tijd samen, wat hem een gevoel van dankbaarheid gaf. Toch voelde hij zich na haar overlijden uitgeput en melancholisch. Drie maanden later kwam hij bij de huisarts met rugklachten en vermoeidheid, hoewel er geen medische verklaring voor was. Het verlies had zijn lichamelijke toestand beïnvloed, zonder dat hij dat eerst echt doorhad.
Mieke verloor haar man plotseling bij een ongeluk. Ze bleef sterk voor haar kinderen, maar brak pas na een jaar. Beide verhalen laten zien dat rouw zich niet laat sturen. Iedereen rouwt op zijn of haar manier (Keirse, 2005; Moors, 2015).
Lees de blog ‘Hoe rouwen mensen?’ voor meer informatie hierover.
Hoe kun jij iemand helpen die rouwt?
- Geef ruimte aan het verhaal, luister zonder te oordelen.
- Respecteer de manier waarop iemand rouwt – er is geen ‘juiste’ manier (Moors, 2015).
- Wees geduldig. Rouw kent geen deadline.
Meer weten over omgaan met rouw? Bekijk de informatie op de website van Psyned.
Gebruikte bronnen:
- Andriessen, K. (2008). Groeien met verlies. Psychologie & Gezondheid, 36(5), 302-303. https://doi.org/10.1007/bf03077519
- Bonanno, G. A., Goorin, L., & Coifman, K. G. (2008). Sadness and grief. In Handbook of emotions (3rd ed., pp. 797-806).
- Keirse, M. (2005). Omgaan met verlies en verdriet. Een gids voor het gezin en de hulpverlener. Lannoo.
- Moors, M. (2015). Rouw mag er zijn. Journal of Social Intervention: Theory and Practice, 24(4), 45. https://doi.org/10.18352/jsi.465
- Psyned (z.d.) Rouwverwerking. Geraadpleegd op 28 maart 2025, van https://www.psyned.nl/rouwverwerking/
- Van Deth, R. (2003). Rouw. Psychopraxis, 5(1), 20-24. https://doi.org/10.1007/bf03072052
No responses yet